Gastblogger van vandaag is jeugdambassadeur Yanthe, die naast haar vrijwilligerswerk voor ONE stage loopt bij HIVOS over duurzame voedselsystemen. Ze vertelt over haar bezoek aan Zambia.
Jeugdambassadeur Yanthe
Met de hoeveelheid voedsel die geproduceerd wordt en de landbouwgrond dat op de wereld aanwezig is, zou het mogelijk moeten zijn op een efficiënte manier iedereen te voorzien van gezond, divers en voedzaam eten. Dat is wat ik dacht voordat begon aan mijn stage bij Hivos, een internationale NGO in Den Haag die zoekt naar nieuwe oplossingen voor hardnekkige wereldproblemen. Dit gaf mij tegelijkertijd de mogelijkheid om als Youth Ambassador bij ONE aan de slag te gaan. De reden waarom ik graag betrokken wilde zijn bij dit programma is omdat ik vind dat jongeren meer betrokken moeten worden bij ontwikkelingsvraagstukken. Wij komen vaak met creatieve ideeën, sterke argumenten en bekijken standpunten vanuit een kritische en andere invalshoek. Wij zijn een frisse wind binnen de ontwikkelingssamenwerking.
Ik ben er nog steeds van overtuigd dat er een manier bestaat waarmee alle monden op deze wereld gevoed kunnen worden. Hoewel ik optimistisch ben ingesteld heb ik gezien dat dit helaas nog niet het geval is. Als student Rural Development and Innovation en stagiaire betrokken bij het programma Sustainable Diets For All was ik in de bevoorrechtte positie om mee te gaan op reis naar Zambia.
Yanthe op bezoek bij een lokale boer
Samen met een aantal collega’s uit Lusaka (Zambia) ben ik een paar dagen het veld in geweest. Hier hebben wij interviews afgenomen met mensen die op lokale markten hun voedsel verkochten in de oostelijke provincie van het land, vlak aan de grens met Mozambique. Vanuit het vliegtuig viel het mij al op dat het land er droog uitzag, op een aantal groene en immense cirkels na. Dit zijn de gronden waarop de nationale overheid de grootschalige productie van mais promoot – wat ook meteen een van de grootste problemen in het land is. Boeren worden namelijk geholpen aan chemische kunstmest, zaden en landbouwapparatuur waardoor de (kennis van) diversiteit en gewassen afneemt en de grond wordt uitgeput. In gebieden waar lokale boeren nog wel een eigen stuk grond hebben is water schaars. Hier worden bomen gekapt voor de verkoop en productie van houtskool om enigszins een inkomen te genereren. Niet erg positief allemaal.
Pompoenen op de lokale markt
Toch was het een interessante ontdekking om te zien dat er behoorlijk wat diversiteit aanwezig was op de lokale markten die wij bezochten. Vrouwen die verschillende soorten granen en bonen, groenten, vis en fruit verkochten: je zou bijna denken dat er nauwelijks een probleem is. Wat men verkoopt betekent niet per definitie dat dit ook geconsumeerd wordt. Integendeel, families consumeren dagelijks ‘nshima’, wat bestaat uit rijstmeel gemaakt tot een soort dikke en kleverige pap. Niet bepaald voedzaam maar wel vullend omdat het veel zetmeel bevat. Met af en toe een beetje vis en wat groenten worden hier per dag heel wat buiken mee gevuld. Gewassen en producten waar (meer) geld mee te verdienen valt worden uiteraard verhandeld, en het liefst aan ons natuurlijk!
Een rijke variëteit aan eten
Gelukkig zijn veel ngo’s actief op het gebied van landbouw, diversiteit en betere voeding. Helaas gaat er nog maar weinig budget vanuit de overheden richting voedsel, terwijl weinig of slechte voeding bijna de helft van alle sterftes bij kinderen onder vijf jaar veroorzaakt. Jongeren die wel ouder dan vijf jaar worden, ondervinden negatieve effecten van ondervoeding – zowel in hun fysieke als cognitieve ontwikkeling. Zambia, bekend om haar imposante Victoria Falls, is een mooi land met ontzettend vriendelijke en behulpzame mensen en verdient een volwaardig en goed functionerend landbouwsysteem waarbij iedereen toegang heeft tot gezond voedsel.
Zaden zijn belangrijk om gezond voedsel te planten
